gewicht 10,52gr. ; zilver Ø 32mm.
muntmeester Hessel Slijper
muntteken ster
oplage: circa 64.500 stuks

vz. Driemaster varend naar rechts binnen een parelcirkel, daaronder ( 1802 )
tussen krulversieringen. In de buitencirkel de tekst: INDIÆ BATAVORUM
kz. Gekroond Generaliteitswapen tussen I - G binnen een parelcirkel.
In de buitencirkel de tekst: ★ MO : ARG : ORD : FŒD : BELG : HOL :

De scheepjesgulden en de denominaties daarvan werden volgens machtiging der Staten Generaal aangemunt (26 april 1802) t.b.v. ″het gouvernement aan Cabo de goede hoop″. Toen de aangemunte stukken aankwamen in Kaap de goede hoop was er echter sprake van Britse bezetting. Daarop werden de munten niet ontscheept, maar doorgezonden naar Batavia. Per publicatie van 19-22 april 1803 werden de munten aldaar gangbaar verklaard, maar eerst in september van dat jaar werden ze in omloop gebracht.

Scholten 488a ; Verkade 202.1 ; Passon 21.1 ; KM.83
Minieme graffiti en lichte randtikjes, doch weinig gecirculeerd
exemplaar met veel stempelglans. Zeer attractief.
pr/unc

gewicht 5,20gr. ; zilver Ø 28mm.
muntmeester Hessel Slijper
muntteken ster
oplage: circa 59.350 stuks

vz. Driemaster varend naar rechts binnen een parelcirkel, daaronder ( 1802 )
tussen krulversieringen. In de buitencirkel de tekst: INDIÆ BATAVORUM
kz. Gekroond Generaliteitswapen tussen ½ - G binnen een parelcirkel.
In de buitencirkel de tekst: ★ MO : ARG : ORD : FŒD : BELG : HOL :

De scheepjesgulden en de denominaties daarvan werden volgens machtiging der Staten Generaal aangemunt (26 april 1802) t.b.v. ″het gouvernement aan Cabo de goede hoop″. Toen de aangemunte stukken aankwamen in Kaap de goede hoop was er echter sprake van Britse bezetting. Daarop werden de munten niet ontscheept, maar doorgezonden naar Batavia. Per publicatie van 19-22 april 1803 werden de munten aldaar gangbaar verklaard, maar eerst in september van dat jaar werden ze in omloop gebracht.

De 1/2 Gulden is de schaarste denominatie van de Scheepjesguldenreeks.

Scholten 490c ; Verkade 202.2 ; Passon 21.2 ; KM.82
zfr+/zfr

gewicht 2,70gr. ; zilver Ø 22,5mm.
muntmeester Hessel Slijper
muntteken ster
oplage: circa 68.050 stuks
grote mast onder TA in BATAVORVM

vz. Driemaster varend naar rechts binnen een parelcirkel, daaronder ( 1802 )
tussen krulversieringen. In de buitencirkel de tekst: INDIÆ BATAVORUM
kz. Gekroond Generaliteitswapen tussen ¼ - G binnen een parelcirkel.
In de buitencirkel de tekst: ★ MO : ARG : ORD : FŒD : BELG : HOL :

De scheepjesgulden en de denominaties daarvan werden volgens machtiging der Staten Generaal aangemunt (26 april 1802) t.b.v. ″het gouvernement aan Cabo de goede hoop″. Toen de aangemunte stukken aankwamen in Kaap de goede hoop was er echter sprake van Britse bezetting. Daarop werden de munten niet ontscheept, maar doorgezonden naar Batavia. Per publicatie van 19-22 april 1803 werden de munten aldaar gangbaar verklaard, maar eerst in september van dat jaar werden ze in omloop gebracht.

Scholten 492c ; Verkade 202.2 ; Passon 21.3 ; KM.81
zfr/pr

gewicht 1,21gr. ; zilver Ø 19,5mm.
1e emissie

Type zonder binnencirkel op de keerzijde, doch geslagen op een groot
muntplaatje van Ø 19,5mm. Deze variant wordt door scholten niet vermeld
en is een combinatie van zijn nummers 494 en 496. Zeldzaam.

vgl. Scholten 494b ; vgl.Verkade 202.4 ; CMO.21.5 ; KM.80var. R
zfr/pr

gewicht 1,43gr. ; zilver Ø 20,5mm.
1e emissie

Type zonder binnencirkel op de keerzijde, doch geslagen op een groot
muntplaatje van Ø 20mm. Deze variant wordt door scholten niet vermeld
en is een combinatie van zijn nummers 494 en 496. Zeldzaam.

vgl. Scholten 494c ; vgl.Verkade 202.4 ; Passon 21.5 ; vgl.KM.80 R
opmerkelijk groot exemplaar
zfr

gewicht 12,69gr. ; zilver 782/1000 ; Ø 25mm.
muntmeester Frederik Augustus van Halm
muntteken kruis
met kabelrand

vz. Arabische tekst;  ′Ila djazirat Djawa al-kabir′,
daarboven muntteken kruis, eronder 1799
kz. Arabische tekst;  ′Derham min Kompani Welandawi′

Deze Arabische teksten op voor- en keerzijde luiden vrij vertaald;
′voor het groot eiland Java, geld van de Hollandse Compagnie′

De zilveren Javase ropij werd voor het eerst geslagen in 1747, in navolging van de Javase gouden dukaat die in 1744 was geïntroduceerd. Aanvankelijk was de benaming ′derham′, maar spoedig sprak men van ′ropij′. De zilveren Javase ropij was gangbaar voor 30 stuivers. Voor het jaar 1799 werden slechts 18.108 stuks zilveren ropijen aangemunt. Zeer zeldzaam.

Only 18.108 pieces minted. Very rare.

Scholten 473 (R2); Passon 20.4 ; KM.175.2 RR
Enkele lichte krasjes. Mooi patina.
zfr+

gewicht 47,51gr. ; koper ca. 26x25mm.
muntmeester Lambertus Franciscus Macaré

vz. 2:S: binnen rechthoek van parels
kz. 1797 binnen rechthoek van parels

Vervaardigd van in stukken gehakte staven van Japans koper.
Made from chopped up bars of Japanese copper.

Scholten 475 ; KM.181 S
fr/zfr à zfr-

gewicht 7,01gr. ; tin Ø 17mm.
muntmeester Guillaume Elie Teisseire

vz. VOC embleem met daarboven een N
(de N staat voor ′Nederlandse′)
kz. I / DUIT / 1796

Wegens stagnering van de aanvoer van koperen duiten uit het moederland ontstond in 1796 een nijpend tekort aan duiten. Derhalve stelde commissaris-generaal J. Siberg voor om duiten te vervaardigen van tin, een metaal dat voldoende beschikbaar was. Hiertoe werd de burger-heemraad
Guillaume Elie Teisseire belast met de opdracht tot vervaardiging van tinnen duiten. In mei 1796 werden duizenden tinnen ″noodduiten″ vervaardigd om in de nijpende behoefte aan duiten te voorzien. De aannemer begin echter de fout dat hij niet alleen voor het vervaardigen van de muntplaatjes Chinese tinnegieters contracteerde, maar hij tevens de ijzeren stempels door de Chinezen liet vervaardigen. Spoedig doken dus vervalsingen op, vaak vervaardigd van een lood/tin legering. Deze waren nauwelijks te onderscheiden van de originele stukken en derhalve werden de tinnen duiten reeds op 19 mei 1797 ongeldig verklaard en is vrijwel de gehele oplage weer omgesmolten. Er zijn daarom maar weinig exemplaren bewaard gebleven en thans zijn deze noodmunten dan ook uiterst zeldzaam.

Due to the stagnation of the supply of copper duits from thehome land, an acute shortage of duits arose in 1796. So Commissioner General J. Siberg proposed to make duits from tin, a metal that was sufficiently available. To this end, the burger-heemraad Guillaume Elie Teisseire in charge of the production of pewter coins. In May 1796, thousands of tin ′emergency coins′ were produced to meet the dire need for duits. However, the contractor made the mistake of not only contracting Chinese tinsmiths for the production of the coin plates, but also having the iron dies manufactured by the Chinese. Soon counterfeits appeared, often made of a lead/tin alloy. These were hardly distinguishable from the original pieces and therefore the pewter coins were declared invalid on 19 May 1797 and almost the entire edition was melted down again. Few copies have therefore been preserved and these emergency coins are now extremely rare.

cf. Hong Kong Signature Sale 3074, 27-28 Jun 2019, Lot 31239 (in vf/xf  2000 USD + 20% commission)

Scholten 486 (R4) ; KM.179 RRR
zfr/pr

gewicht 3,22gr. ; koper Ø 22mm.
muntmeester Nicolaas Wonneman
muntmeesterteken adelaar

De provinciale muntmeesters, die veelal zonder werk zaten, misgunden elkaar opdrachten tot het slaan van duiten. Gevolg was dat men laag intekende voor de opdracht. Gevolg was, dat de opdracht tegen een karig loon moest worden uitgevoerd, hetgeen vaak niet ten gunste kwam tot de uitvoering daarvan. Met name de te Kampen geslagen duiten zijn onzorgvuldig vervaardigd en hebben een slordig uiterlijk, soms met tekstfouten.

Scholten 516 ; Verkade 202.1 ; KM.100
Gebruikelijke slordige en ietwat zwakke slag, doch weinig gecirculeerd.
zfr+

gewicht 3,08gr. ; koper Ø 21,5mm.
muntmeester Nicolaas Wonneman
muntmeesterteken adelaar
Slordig vervaardigde muntstempels, met de tekstfout VIGIIATE i.p.v. VIGILATE.

De provinciale muntmeesters, die veelal zonder werk zaten, misgunden elkaar opdrachten tot het slaan van duiten. Gevolg was dat men laag intekende voor de opdracht. Gevolg was, dat de opdracht tegen een karig loon moest worden uitgevoerd, hetgeen vaak niet ten gunste kwam tot de uitvoering daarvan. Met name de te Kampen geslagen duiten zijn onzorgvuldig vervaardigd en hebben een slordig uiterlijk, soms met tekstfouten.

Scholten 516var. ; Verkade 202.1var. ; KM.100var.  RR
zfr/pr

gewicht 11,85gr. ; zilver Ø 32mm.
met kabelrand
muntmeester Johan Anthonie Zwekkert
Scholten 565 ; CNO.26.2 ; KM.214
in het centrum ietwat zwak geslagen
zfr-

gewicht 4,63gr. ; koper Ø 26mm.
Scholten 576 ; KM.228 S
Zwakke en slordige slag.
fr

gewicht 2,94gr. ; koper Ø 23mm.
Scholten 557 ; KM.76 ; CNO.25.1
unc-

gewicht 3,10gr. ; koper Ø 22,5mm.
Scholten 557 ; KM.76 ; CNO.25.1
pr-/pr

gewicht 3,13gr. ; koper Ø 22mm.
Scholten 557 ; KM.76 ; CNO.25.1
pr

gewicht 1,58gr. ; koper Ø 17mm.
Scholten 563 ; KM.75
lichte zwakte van de slag
pr/unc

gewicht 1,71gr. ; koper Ø 18mm.
Scholten 563 ; KM.75
zfr/pr

gewicht 10,64gr. ; zilver Ø 30mm.
muntmeester Y.D.C. Suermondt
met kabelrand

Tussen 11 en 16 juli 1821 werden in totaal 98.510 guldens aangemunt,
alle in opdracht en voor rekening van het Rotterdamse handelshuis
Suermondt & Zoonen (volle familie van de muntmeester). Zeldzaam.

vgl. Künker, Auktion 393, Lot 4031
(in pr- met lichte zwaktes en kleine gebreken : € 1.300 + 25%)

Scholten 615 ; CNM.31.5 ; KM.300 R
weinig gecirculeerd exemplaar met veel stempelglans
pr/unc

gewicht 10,00gr. ; zilver 945/1000 ; Ø 29mm.

Naar aanleiding van de nieuwe Muntwet van 22 maart  1839, werden gehalte en gewicht van de gulden gewijzigd. Het gehalte werd verhoogd van 839/1000 naar 945/1000, terwijl het gewicht werd verlaagd van 10,77 gram naar 10,00 gram. Vanaf dat moment was 100.000 gulden dus een ton (1000 kg zilver). Een aanduiding die we nog altijd gebruiken voor een bedrag van 100.000 euro, ook al is de koppeling met de gulden van 10 gram er al lang niet meer.

Scholten 616 ; KM.300a ; CMO.31.6
unc-

gewicht 10,01gr. ; silver Ø 29mm.
muntmeester Y.D.C. Suermondt
met kabelrand

Naar aanleiding van de nieuwe Muntwet van 22 maart  1839, werden gehalte en gewicht van de gulden gewijzigd. Het gehalte werd verhoogd van 839/1000 naar 945/1000, terwijl het gewicht werd verlaagd van 10,77 gram naar 10,00 gram. Vanaf dat moment was 100.000 gulden dus een ton (1000 kg zilver). Een aanduiding die we nog altijd gebruiken voor een bedrag van 100.000 euro, ook al is de koppeling met de gulden van 10 gram er al lang niet meer.

Scholten 616 ; CNO.31.6 ; KM.300a
minieme contactspoortjes, doch weinig gecirculeerd
exemplaar met scherpe details
pr à pr+

gewicht 9,97gr. ; zilver 945/1000 ; Ø 30mm.

Naar aanleiding van de nieuwe Muntwet van 22 maart  1839, werden gehalte en gewicht van de gulden gewijzigd. Het gehalte werd verhoogd van 839/1000 naar 945/1000, terwijl het gewicht werd verlaagd van 10,77 gram naar 10,00 gram. Vanaf dat moment was 100.000 gulden dus een ton (1000 kg zilver). Een aanduiding die we nog altijd gebruiken voor een bedrag van 100.000 euro, ook al is de koppeling met de gulden van 10 gram er al lang niet meer.

Scholten 616 ; KM.300a ; CMO.31.6
zfr/pr

gewicht 9,90gr. ; silver Ø 29mm.
muntmeester Y.D.C. Suermondt
met kabelrand

Naar aanleiding van de nieuwe Muntwet van 22 maart  1839, werden gehalte en gewicht van de gulden gewijzigd. Het gehalte werd verhoogd van 839/1000 naar 945/1000, terwijl het gewicht werd verlaagd van 10,77 gram naar 10,00 gram. Vanaf dat moment was 100.000 gulden dus een ton (1000 kg zilver). Een aanduiding die we nog altijd gebruiken voor een bedrag van 100.000 euro, ook al is de koppeling met de gulden van 10 gram er al lang niet meer.

Scholten 616 ; CNO.31.6 ; KM.300a
zfr-/zfr

gewicht 10,00gr. ; zilver 945/1000 ; Ø 29,5mm.

Naar aanleiding van de nieuwe Muntwet van 22 maart  1839, werden gehalte en gewicht van de gulden gewijzigd. Het gehalte werd verhoogd van 839/1000 naar 945/1000, terwijl het gewicht werd verlaagd van 10,77 gram naar 10,00 gram. Vanaf dat moment was 100.000 gulden dus een ton (1000 kg zilver). Een aanduiding die we nog altijd gebruiken voor een bedrag van 100.000 euro, ook al is de koppeling met de gulden van 10 gram er al lang niet meer.

Een ongecirculeerd prachtexemplaar met zeer scherpe details. 
A plendid coin with excellent details.

Scholten 617 ; CNO.31.6 ; KM.300a
unc

gewicht 10,01gr. ; zilver 945/1000 ; Ø 29,5mm.
muntmeester Y.D.C. Suermondt
met kabelrand

Naar aanleiding van de nieuwe Muntwet van 22 maart  1839, werden gehalte en gewicht van de gulden gewijzigd. Het gehalte werd verhoogd van 839/1000 naar 945/1000, terwijl het gewicht werd verlaagd van 10,77 gram naar 10,00 gram. Vanaf dat moment was 100.000 gulden dus een ton (1000 kg zilver). Een aanduiding die we nog altijd gebruiken voor een bedrag van 100.000 euro, ook al is de koppeling met de gulden van 10 gram er al lang niet meer.
Een nauwelijks gecirculeerd prachtexemplaar met scherpe details.

Scholten 617 ; CNO.31.6 ; KM.300a
unc-

gewicht 5,40gr. ; zilver 893/1000 ; Ø 21,5mm.
Scholten 618 ; KM.302 ; CMO.31.7
pr-/pr

gewicht 5,33gr. ; zilver Ø 22mm.
muntmeester Y.D.C. Suermondt
met kartelrand

Het jaartal 1834 is gewijzigd uit een ouder jaar, waarschijnlijk 1827.

Scholten 621var. ; CNO.31.7 ;  KM.302
zfr

gewicht 4,07gr. ; zilver 568/1000 ;  Ø 20mm.
Scholten 623 ; KM.301.1 ; CMO.31.8
unc-

gewicht 4,06gr. ; zilver 568/1000 ;  Ø 20mm.
Scholten 623 ; KM.301.1 ; CMO.31.8
pr-/pr

gewicht 3,97gr. ; zilver 568/1000 ;  Ø 20mm.
Scholten 623 ; KM.301.1 ; CNO.31.8
zfr+ à zfr/pr

gewicht 4,05gr. ; zilver 568/1000 ;  Ø 20mm.
Scholten 625 ; KM.301.1 ; CMO.31.8
ongecirculeerd prachtexemplaar
unc

gewicht 4,02gr. ; zilver 568/1000 ;  Ø 20mm.
Scholten 624 ; KM.301.1 ; CNO.31.8
zfr/pr

gewicht 4,07gr. ; zilver Ø 20mm.
Scholten 627 ; KM.301.1 ; CMO.31.9
vrijwel ongecirculeerd exemplaar met stempelglans
unc-

gewicht 6,13gr. ; koper Ø 28mm.
Scholten 671 ; KM.283 ; CMO.31.10
gebruikelijke slordige en zwakke slag
fr+

gewicht 5,84gr. ; koper Ø 25mm.
Scholten 636 ; KM.285 ; CMO.31.13
zfr-

gewicht 5,89gr. ; koper Ø 28mm.
Scholten 676 ; KM.284.1 ; CMO.31.10 (R)
Gebruikelijke slordige en zwakke slag. Schaars.
fr+

gewicht 5,92gr. ; koper Ø 25.5mm.
Scholten 639 ; KM.285 ; CMO.31.13
zfr

gewicht 5,80gr. ; koper Ø 25mm.
Scholten 641 ; KM.285 ; CMO.31.13
enkele lichte krasjes
fr/zfr

gewicht 6,23gr. ; koper Ø 25mm.
Scholten 642 ; KM.285 ; CMO.31.13
klein putje op keerzijde
fr/zfr

gewicht 3,26gr. ; koper Ø 20mm.

variant: zonder punt onder de T in ST
variant: no dot below the T is ST

Scholten 644var. ; KM.287var. ; CMO.31.15var.
zfr

gewicht 3,39gr. ; koper Ø 20mm.

Merkwaardige 5 in het jaartal, die geheel is dichtgelopen
waardoor deze aan de linkerzijde geheel recht is.

Scholten 646 ; KM.287
Klein strookeinde en gebruikelijke zwakke slag, doch
weinig gecirculeerd exemplaar met nog enige stempelglans.
pr-

gewicht 1,02gr. ; koper Ø 22mm.

Vermoedelijk geslagen voor circulatie in Malakka.

Probably minted for circulation in Malacca.

Scholten 647c ; KM.Tn.6
pr- à zfr/pr

gewicht 3,58gr. ; koper Ø 23mm.

Met 6 blokken in het wapen. Zeer simplistische weergeven kroon.
Ongewoon groot exemplaar. Zeldzaam.

vgl. Scholten 648c ; vgl. KM.287 R
zfr

gewicht 6,91gr. ; koper Ø 26mm.
Met 11 blokken in het wapen.
Scholten 702a ; KM.291 S
zfr-

gewicht 6,68gr. ; koper Ø 25mm.
met platte 3 in het jaartal en 12 blokken in het wapen.
Scholten 710a ; KM.291
zfr

gewicht 3,12gr. ; koper Ø 20mm.

variant met Arabische 1 een platte 3 in het jaartal en 11 blokken in het wapen

Scholten 732b (R) ; KM.290
kleine zwaktes van de slag
zfr

gewicht 3,20gr. ; koper Ø 20mm.
met 10 blokken in het wapenschild
Scholten 737a ; KM.290
gebruikelijke zwakke slag
zfr/pr

gewicht 2,74gr. ; koper Ø 20mm.

met 9 blokken in het wapenschild

Scholten 737c ; KM.290
gebruikelijke zwakke slag
zfr/pr

gewicht 3,42gr. ; koper Ø 21mm.

Met een grote 9 (lange haal aan onderzijde) en met 10 blokken in het wapen.
Deze stempelvariant is zeldzaam.

Scholten 739a ; KM.290  R
zfr+

gewicht 3,10gr. ; koper Ø 20mm.
Met 8 blokken in het wapen. Platte kroon. Zeldzaam.
Scholten 741c (RR) ; KM.290
Gebruikelijke zwakke slag, doch vrijwel ongecirculeerd.
pr/unc

gewicht 2,91gr. ; koper Ø 20mm.
Incusum afslag van de keerzijde
vgl.Scholten 741 RR
pr-

gewicht 1,91gr. ; koper Ø 21mm.
vz. Arabische tekst
kz. Arabische tekst “Tanah Malayu” (land van de Maleiers) en het jaartal 1251.

Deze kepings werden geslagen in opdracht van Engelse
kooplieden uit Singapore voor circulation in Maleisië en de Indonesiche archipel.

These kepings were struck in order of merchants from Singapore for circulation
in Malaysia and the Indonesian archipelago.

KM.Tn.1 ; Scholten 993
ietwat gegolfd muntplaatje
zfr-

gewicht 1,95gr. ; koper Ø 21mm.

vz. Jawi tekst: : نݢري سيك
= Negeri Siak (State of Siak)
kz. Jawi tekst  ١ ات كڤڠ ١٢٥١ 
= Satu Keping 1251

Siak was een staat in Oost-Sumatra. Deze kepings werden geslagen in
opdracht van Engelse kooplieden uit Singapore voor circulatie op Sumatra.

Siak was a state in East Sumatra. These kepings were struck in  
order of merchants from Singapore for circulation in Sumatra.

KM.Tn.1
zfr

gewicht 3,17gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 749 ; Passon 35.2 ; KM.305.1
miniem randtikje
pr/unc à pr+

gewicht 3,08gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 749 ; Passon 35.2 ; KM.305.1
fr/zfr

gewicht 1,23gr. ; zilver Ø 15mm.
muntmeesterteken bijl
stempelvariant ➁

Van dat jaartal bestaan twee duidelijk van elkaar afwijkende keerzijdestempels;
➀ munt- en muntmeestertekens evenwijdig lopend met de rand en tamelijk dicht daarlangs geplaats. De punt na het jaartal dicht bij de 2 geplaatst. Dit komt overeen met de 1/10 guldens uit voorgaande jaren 1854-1858, toen nog met met het muntmeesterteken zwaard.
➁ munt- en muntmeestertekens iets meer rechtop geplaatst waardoor de bovenzijden veel verder van de rand verwijderd liggen. De punt na het jaartal is wat verder van de 2 verwijderd.

Deze duidelijke stempelvarianten worden in de bekende naslagwerken niet opgemerkt, maar komen beiden veelvuldig voor.

Scholten 762 ; Passon 35.5 ; KM.304.1
unc-

gewicht 1,26gr. ; zilver Ø 15mm.
muntmeesterteken bijl
Scholten 762 ; Passon 35.5 ; KM.304.1
subliem exemplaar met de volle stempelglans
fdc

gewicht 12,27gr. ; koper Ø 31mm.
muntmeesterteken zwaard
Scholten 771 ; KM.308
zfr+ à zfr/pr

gewicht 12,55gr. ; koper Ø 31mm.
Scholten 772 ; KM.308
zfr/zfr+

gewicht 4,58gr. ; koper Ø 23mm.
muntmeesterteken zwaard
Scholten 782 ; KM.307.2
enkele minieme randtikjes
zfr

gewicht 2,29gr. ; koper Ø 17mm.
muntmeesterteken zwaard
Scholten 790 ; KM.306
zfr/zfr+

gewicht 2,20gr. ; koper Ø 17mm.

Onder de 6 en 0 in het jaartal lijken zich de restanten te bevinden van een ouder jaar.
Welk jaar dat zou moeten zijn laat zich moeilijk vaststellen. Als zodanig ongepubliceerd.

Scholten 793var. ; KM.306var.
pr-

gewicht 3,06gr. ; zilver 720/1000 ; Ø 19mm.
Scholten 799 ; KM.305
fr/zfr à zfr-

gewicht 3,14gr. ; zilver 720/1000 ; Ø 19mm.
Scholten 811 ; KM.312
zfr-/zfr

gewicht 3,18gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 812 ; KM.312
Subliem exemplaar met de volle stempelglans
fdc

gewicht 3,16gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 816 ; KM.312
miniem krasje op de keerzijde
unc

gewicht 3,11gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 816 ; KM.312
zfr-

gewicht 3,16gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 817 ; KM.312
unc

gewicht 3,10gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 820 ; KM.312
fr/zfr à zfr-

gewicht 3,18gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 821
unc

gewicht 3,18gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 824 ; KM.319
unc-/pr

gewicht 3,15gr. ; zilver Ø 19mm.
Scholten 825 ; KM.319
exemplaar met de volle stempelglans
unc

gewicht 3,25gr. ; zilver Ø 19mm.
muntmeesterteken palmboom
Scholten 921 ; CNO.37.3 ; KM.319
unc

gewicht 3,13gr. ; zilver Ø 19mm.
muntmeesterteken palmboom
Scholten 925 ; KM.319
zwakte van de slag / some weakness of strike
Volledig ongecirculeerd prachtexemplaar.
Full lustrous coin. Mintstate. Very attractive.
unc

gewicht 1,25gr. ; zilver Ø 15mm.
muntmeesterteken hellebaard
Scholten 831 ; Passon 36.10 ; KM.304.2
pr

gewicht 1,23gr. ; zilver Ø 15mm.
muntmeesterteken zeepaard
Scholten 850 ; Passon 36.15 ;  KM.311
zfr+

gewicht 1,32gr. ; zilver Ø 15mm.
muntmeesterteken palmboom
Scholten 926 ; Passon 37.6 ; KM.318
unc

gewicht 1,24gr. ; zilver Ø 15mm.
muntmeesterteken palmboom
Scholten 927 ; Passon 37.7 ; KM.318
unc

gewicht 1,24gr. ; zilver Ø 15mm.
muntmeesterteken palmboom
Scholten 929 ; Passon 37.7 ; KM.318
unc

gewicht 12,33gr. ; koper Ø 31mm.
Scholten 870 ; KM.308
lichte randtikjes
fr/zfr à zfr-

gewicht 12,19gr. ; koper Ø 31mm.
Scholten 872 ; KM.316
zfr

gewicht 4,80gr. ; koper Ø 23mm.
muntmeesterteken hellebaard
Scholten 875 ; KM.307.2
enkele kleine randtikjes
zfr/zfr+

gewicht 4,78gr. ; koper Ø 23mm.
muntmeesterteken hellebaard
Scholten 877 ; KM.307.2
zfr

Scholten 888 ; KM.315
unc-/unc

Scholten 892
unc-

gewicht 2,30gr. ; brons Ø 17mm.
muntmeesterteken zeepaard
Scholten 899 ; KM.314.1
unc

gewicht 2,30gr. ; brons Ø 17mm.
muntmeesterteken zeepaard
Scholten 903 ; KM.314.1
pr à pr+

gewicht 2,29gr. ; brons Ø 17mm.
muntmeesterteken druiventros

In 1933 vond een wisseling van muntmeester plaats. Het overgrote deel van de 
oplage vond plaats met muntmeesterteken zeepaardje, van muntmeester Hoitsema, 
een een klein deel met muntmeesterteken druiventros, van muntmeester van Heteren. 
Die met muntmeesterteken druiventros zijn derhalve zeldzaam.

Scholten- ; KM.314.2 R
subliem exemplaar met de volledig originele muntkleur
unc

gewicht 2,29gr. ; brons Ø 17mm.
muntmeesterteken druiventros

In 1933 vond een wisseling van muntmeester plaats. Het overgrote deel van de
oplage vond plaats met muntmeesterteken zeepaardje, van muntmeester Hoitsema,
een een klein deel met muntmeesterteken druiventros, van muntmeester van Heteren.
Die met muntmeesterteken druiventros zijn derhalve zeldzaam.

Scholten- ; KM.314.2 R
pr-/pr

gewicht 2,30gr. ; brons Ø 17mm.
muntmeesterteken druiventros
Scholten 906 ; KM.314.2
minieme verkleuring, overigens subliem exemplaar met de originele muntkleur
unc

gewicht 2,30gr. ; brons Ø 17mm.
muntmeesterteken palmboom
Scholten 940 ; KM.314.2
unc

gewicht 10,51gr. ; koper-nikkel Ø 28,5mm.

vz. ½ Dollar met daaromheen de tekst:
MUNT VAN DE ASAHAN TABAKMAATSCHAPPY,,SILAU”•
kz. Drie Chinese karakters onder elkaar (waardeaanduiding) binnen een parekcirkel,
op de vier “hoeken” de letters A - T - M - S

De Asahan tabak maatschappij Silau was een tabaksplantage gelegen aan de oostkust van Sumatra. Het hoofdkantoor was gevestigd aan Noordeinde 33 te Den Haag.

Scholten 1125 ; Lansen/Wells 251b ; Lansen/v.d.Beek 18 S
zfr+

gewicht 6,19 gram ; 25,5 x 25,5mm.

Goerach Batoe was een rubberplantage gelegen aan de oostkust van Sumatra.

Scholten 1062 ; Lansen/Wells 92 ; Lansen/v.d.Beek 84   S
pr

gewicht 13,23gr. ; koper-nikkel Ø 40x38mm.
gladde rand
ronde muntstempel geslagen op vijfhoekig muntplaatje

vz. GUT FÜR / ½ DOLLAR / 1890 binnen gladde cirkel, omringd
door de tekst; ✶ UNTERNEHMUNG ✶ HESSA, binnen een parelcirel
kz. blanco

De tabaksplantage Hessa was gesitueerd in de Residentie Oostkust van Sumatra, afdeling Asahan. In de periode 1887-1891 was het eigendom van de heren H Herrings en A.Z. Just en bekend onder de ondernemingsnaam H.Herrings & Co.

Scholten 1069 ; Lansen/Wells 111 ; Lansen/v.d.Beek 97 (R2) RR
zfr

gewicht 11,27gr. ; Koper-Nikkel Ø 33mm.

De onderneming Poeloe Radja was gelegen in de Residentie Oostkust van Sumatra. Het is in de loop der jaren vele malen van eigenaar gewisseld. Het begon in 1887 als tabaksplantage, maar in 1891 ging men over op de aanplant van rubberbomen. Reeds in 1894/1895 werd die plantage uit gebruik genomen. In 1911 werd begonnen met de aanplant van oliepalmbomen, voor de productie van palmolie. Die plantage bestaat nog steeds en wordt geëxploiteerd door P.T. Perkebunan VI, een Indonesisch staatsbedrijf.

Scholten 1105 ; Lansen/Wells 213 ; Lansen/v.d.Beek 163 (R1)
zfr

gewicht 13,80gr. ; koper-nikkel 33 x 60mm.

De Plantage Tanah Radja was geleden in de residentie Oostkust van Sumatra.
Het betrof een tabaksplantage, geëxploiteerd door de firma H.Herrings & Co.
In 1898 werd het verkocht aan de Nederlandsche Asahan Tabak Maarschappij,
met haar hoofdkantoor in Amsterdam.

Scholten 1170  ; Lansen/Wells 443a ; Lansen/v.d.Beek 290 (R1)  R
pr-