Munthandel G. Henzen
 



HOME|MUNTEN|PENNINGEN|ARCHEOLOGIE|ZOEKEN|INKOOP|OVER ONS|CONTACT|BESTELLEN|VOORWAARDEN

Penningen > Overigen
< Terug

NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - REPUBLIEK, 1581-1795 - OVERIJSSEL - STAD KAMPEN - Graan- of korenpenning z.j. (circa 1550-1600)

gewicht 2,44gr. ; koper 25x25x25mm.
graanmaat: 3

vz. Stadspoort met drie torens binnen een cirkel, omringd door
de tekst; ✣ CIVITAS CAMPENSIS, binnen een parelcirkel
kz. Drie cirkels met een dikke stip in het centrum binnen een parelcirkel

Dergelijke graan- of korenpenningen werden vermoedelijk gebruikt als soort van exportvergunning om graan (koren) uit te voeren in periodes van schaarste. We kennen bij soortgelijke penningen variaties in het aantal cirkels, nml. ½, 1, 1½ , 2 en 3, hetgeen mogelijk refereert aan een graanmaat (hoeveelheid graan). Meest aannemelijk gaat het daarbij om de maateenheid van ″mud″ of ″mudde″. Soms wordt ook nog een letter toegevoegd, maarmee een specificering van de graansoort wordt aangegeven. Soms een R, voor rogge, of een W, voor weit (een verouderde naam voor tarwe). Van Dordrecht zijn ook dergelijk graanpenningen bekend.

Een mud (ookwel mudde) is een oude inhoudsmaat. Het woord stamt af van het Latijnse modius. Op veel plaatsen stond het mud gelijk aan 4 schepel, en 27 mud vormde een last. Er bestaat ook een zestallige onderverdeling: 1 mud is dan 6 sester. Indien het gemeten product betrekking heeft op vaste goederen (kolen, aardappelen, enz.) wordt vaak in wezen het gewicht bedoeld. Bijvoorbeeld: een mud aardappelen weegt (ongeveer) 70 kg. Per plaats of regio kon de inhoud van een mud variëren.

Dit exemplaar verkeert in een uitzonderlijk mooie staat.
Hoogst interessant en uiterst zeldzaam.

vgl. Cost Jordens 1480/i RRR
zfr+

975,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - REPUBLIEK, 1581-1795 - OVERIJSSEL - STAD KAMPEN - Graan- of korenpenning z.j. (circa 1550-1600)

gewicht 3,41gr. ; koper 26x26x26mm.
graanmaat: 2

vz. Stadspoort met drie torens binnen een cirkel, omringd door
de tekst; ✣ CIVITAS CAMPENSIS, binnen een parelcirkel
kz. Twee cirkels met een punt in het centrum binnen een parelcirkel

Dergelijke graan- of korenpenningen werden vermoedelijk gebruikt als soort van exportvergunning om graan (koren) uit te voeren in periodes van schaarste. We kennen bij soortgelijke penningen variaties in het aantal cirkels, nml. ½, 1, 1½ , 2 en 3, hetgeen mogelijk refereert aan een graanmaat (hoeveelheid graan). Meest aannemelijk gaat het daarbij om de maateenheid van ″mud″ of ″mudde″. Soms wordt ook nog een letter toegevoegd, maarmee een specificering van de graansoort wordt aangegeven. Soms een R, voor rogge, of een W, voor weit (een verouderde naam voor tarwe). Van Dordrecht zijn ook dergelijk graanpenningen bekend.

Een mud (ookwel mudde) is een oude inhoudsmaat. Het woord stamt af van het Latijnse modius. Op veel plaatsen stond het mud gelijk aan 4 schepel, en 27 mud vormde een last. Er bestaat ook een zestallige onderverdeling: 1 mud is dan 6 sester. Indien het gemeten product betrekking heeft op vaste goederen (kolen, aardappelen, enz.) wordt vaak in wezen het gewicht bedoeld. Bijvoorbeeld: een mud aardappelen weegt (ongeveer) 70 kg. Per plaats of regio kon de inhoud van een mud variëren.

Dit exemplaar verkeert in een uitzonderlijk mooie staat.
Hoogst interessant en uiterst zeldzaam.

Cost Jordens 1480/i    RRR
zfr+

925,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - REPUBLIEK, 1581-1795 - OVERIJSSEL - STAD KAMPEN - Graan- of korenloodje z.j. (circa 1550-1600)

gewicht 5,19gr. ; lood 21x22mm.
graanmaat:

vz. Stadspoort met drie torens binnen een cirkel, omringd door
de tekst; ✣ CIVITAS CAMPENSIS, binnen een parelcirkel
kz. Cirkel met daarbinnen een halve cirkel met stip, binnen een parelcirkel

Dergelijke graan- of korenpenningen werden vermoedelijk gebruikt als soort van exportvergunning om graan (koren) uit te voeren in periodes van schaarste. We kennen bij soortgelijke penningen variaties in het aantal cirkels, nml. ½, 1, 1½ , 2 en 3, hetgeen mogelijk refereert aan een graanmaat (hoeveelheid graan). Meest aannemelijk gaat het daarbij om de maateenheid van ″mud″ of ″mudde″. Soms wordt ook nog een letter toegevoegd, maarmee een specificering van de graansoort wordt aangegeven. Soms een R, voor rogge, of een W, voor weit (een verouderde naam voor tarwe). Van Dordrecht zijn ook dergelijk graanpenningen bekend.

Een mud (ookwel mudde) is een oude inhoudsmaat. Het woord stamt af van het Latijnse modius. Op veel plaatsen stond het mud gelijk aan 4 schepel, en 27 mud vormde een last. Er bestaat ook een zestallige onderverdeling: 1 mud is dan 6 sester. Indien het gemeten product betrekking heeft op vaste goederen (kolen, aardappelen, enz.) wordt vaak in wezen het gewicht bedoeld. Bijvoorbeeld: een mud aardappelen weegt (ongeveer) 70 kg. Per plaats of regio kon de inhoud van een mud variëren.

♦ Hoogst interessant en uiterst zeldzaam ♦

Cost Jordens - ; Pelsdonk - RRR
sterk gecorrodeerd vondstexemplaar met barstje
zg

35,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - REPUBLIEK, 1581-1795 - OVERIJSSEL - STAD KAMPEN - Graan- of korenloodje z.j. (circa 1550-1600)

gewicht 5,72gr. ; lood 21x21mm.
graanmaat: 1

vz. Stadspoort met drie torens binnen een cirkel, omringd door
de tekst; ✣ CIVITAS CAMPENSIS, binnen een parelcirkel
kz. Cirkel met daarbinnen het wapenschildje van het Oversticht,
binnen een parelcirkel

Dergelijke graan- of korenpenningen werden vermoedelijk gebruikt als soort van exportvergunning om graan (koren) uit te voeren in periodes van schaarste. We kennen bij soortgelijke penningen variaties in het aantal cirkels, nml. ½, 1, 1½ , 2 en 3, hetgeen mogelijk refereert aan een graanmaat (hoeveelheid graan). Meest aannemelijk gata het daarbij om de maateenheid van ″mud″ of ″mudde″. Soms wordt ook nog een letter toegevoegd, maarmee een specificering van de graansoort wordt aangegeven. Soms een R, voor rogge, of een W, voor weit (een verouderde naam voor tarwe). Van Dordrecht zijn ook dergelijk graanpenningen bekend.

Een mud (ook mudde) is een oude inhoudsmaat. Het woord stamt af van het Latijnse modius. Op veel plaatsen stond het mud gelijk aan 4 schepel, en 27 mud vormde een last. Er bestaat ook een zestallige onderverdeling: 1 mud is dan 6 sester. Indien het gemeten product betrekking heeft op vaste goederen (kolen, aardappelen, enz.) wordt vaak in wezen het gewicht bedoeld. Bijvoorbeeld: een mud aardappelen weegt (ongeveer) 70 kg. Per plaats of regio kon de inhoud van een mud variëren.

♦ Hoogst interessant en uiterst zeldzaam ♦

Cost Jordens - ; Pelsdonk - RRR
licht gecorrodeerd vondstexemplaar
fr-/fr+

150,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - REPUBLIEK, 1581-1795 - OVERIJSSEL - STAD KAMPEN - Graan- of korenpenning z.j. (circa 1550-1600)

gewicht 1,65gr. ; koper 18x19mm.
graanmaat: 1 Mudde

vz. Stadspoort met drie torens binnen een cirkel, omringd door
de tekst; x CIVITAS • CAMPENSIS, binnen een parelcirkel
kz. x 1 x / MVDDE / x W x binnen een gekartelde cirkel

Dergelijke graan- of korenpenningen werden vermoedelijk gebruikt als soort van exportvergunning om graan (koren) uit te voeren in periodes van schaarste. We kennen bij soortgelijke penningen variaties in het aantal maateenheden, nml. ½, 1, 1½ , 2 en 3, hetgeen mogelijk refereert aan een graanmaat (hoeveelheid graan). In dit geval gaat het duidelijk om 1 mudde. Soms wordt ook nog een letter toegevoegd, maarmee een specificering van de graansoort wordt aangegeven. Soms een R, voor rogge, of een W, voor weit (een verouderde naam voor tarwe). Van Dordrecht zijn ook dergelijk graanpenningen bekend.

Een mud (ook mudde) is een oude inhoudsmaat. Het woord stamt af van het Latijnse modius. Op veel plaatsen stond het mud gelijk aan 4 schepel, en 27 mud vormde een last. Er bestaat ook een zestallige onderverdeling: 1 mud is dan 6 sester. Indien het gemeten product betrekking heeft op vaste goederen (kolen, aardappelen, enz.) wordt vaak in wezen het gewicht bedoeld. Bijvoorbeeld: een mud aardappelen weegt (ongeveer) 70 kg. Per plaats of regio kon de inhoud van een mud variëren.

De voorzijde is ietwat gebrekkig en deels zwak uitgemunt, doch voor
een dergelijke penning verkeert het in een uitzonderlijk mooie staat.
Hoogst interessant en uiterst zeldzaam.

zfr/pr

950,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - PROVINCIE HOLLAND - AMSTERDAM - Algemene huwelijkspenning z.j. (circa 1655-1660)

gewicht 43,61gr. ; zilver gegoten Ø 64mm.
met geciseleerde velden op voor- en keerzijde
medailleur; Pieter van Abeele

vz. Juno gezeten frontaal op de wolken, in de linkerhand een scepter,
in de rechterhand een kroon waaraan een trouwring hang,
langs en voor haar twee pauwen, omringd door de tekst;
✤ IK Kroon Oprechte Liefd Altoos ✤ Met Mynen Trouring Eindeloos
kz. Juno, zittend naar rechts met naast haar naast twee zwanen, houdt in
haar linkerhand een brandend hart omhoog, aan haar knie leunt Cupido,
die naar een brandend altaar wijst, omringd door de tekst;
∿ Een Hart Dat Reine Liefde Draagt ∿ Is D offrhant Die My Behaagt

De stempelsnijder Pieter van Abeele werd in 1608 te Middelburg geboren en was in de periode 1622-1677 werkzaam, met name te Amsterdam alwaar hij in 1684 overleed. Pieter was een leerling van de medailleur Jurriaan Post, wiens werkmethode hij volgde en uiteindelijk zou overtreffen. Hij gold in die tijd als een van de beste medailleurs voor gedenkpenningen. Met name de techniek van het vervaardigen van holle plaquettepenningen beheerste hij bijzonder goed.

Frederiks 30/30a (afb. 46/47) ; Bemolt van Loghum Slaterus type F1 / F2
zfr/pr à pr-

1.150,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - PROVINCIE HOLLAND - AMSTERDAM - Algemene huwelijkspenning z.j. (circa 1655-1660)

gewicht 13,20gr. ; zilver gegoten Ø 35mm.
met geciseleerde velden op voor- en keerzijde
medailleur; Pieter van Abeele

vz. Liefkozend jong paar, omringd door de tekst;
ICK KUS OP TROU • MYN WAARDE VROU •
kz. Zittende Amor (Cupido) naar rechts, hoofd naar links gewend,
met een boog in zijn linkerhand, omringd door de tekst;
ICK HEB MYN LUST • ALS MEN SOO KUST

De stempelsnijder Pieter van Abeele werd in 1608 te Middelburg geboren en was in de periode 1622-1677 werkzaam, met name te Amsterdam alwaar hij in 1684 overleed. Pieter was een leerling van de medailleur Jurriaan Post, wiens werkmethode hij volgde en uiteindelijk zou overtreffen. Hij gold in die tijd als een van de beste medailleurs voor gedenkpenningen. Met name de techniek van het vervaardigen van holle plaquettepenningen beheerste hij bijzonder goed.

vgl. Schulman B.V. veiling 332, kavel 1416 in zfr verkocht voor 1.000 euro + 20%
(deze penmning werd door deze firma beschreven als ″waarschijnlijk uniek″ /
described by Schulman B.V. as ″probably unique″)


Frederiks - ; Bemolt ; van Loon -
Exemplaar met een mooi patina. Zeer zeldzaam.
zfr/pr

895,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) – REPUBLIEK, 1581-1795 – STAD UTRECHT - Zilveren schutterijpenning 1661

gewicht 6,86gr. ; zilver Ø 29mm.

vz. Gekroond stadswapen gehouden door twee leeuwen,
boven en onder lint met de tekst; VIN • HON  /  URB • TRA
kz. Wapentuig, daarboven wijnrank, eronder 1661

Op initiatief van de Utrechtse vroedschap werd deze penning uitgereikt aan leden van die vroedschap. Deze leden konden dan een avondje voor schutter spelen en konden, als dank daarvoor namens de stad, na afloop met deze penning een kan wijn bestellen in een herberg. De herbergier kon dan de volgende dag deze penning bij de stadskassier inleveren tegen normaal geld. De afkorting ″VIN HON URB TRA″ staat voor ″vinum honorarium urbis Trajectum″, hetgeen zoveel betekent als ″wijn als verdienste van de stad Utrecht″. Dergelijke schutterijpenningen staan dan ook met recht wel bekend als wijnpenningen.

Minard 439 ; van Orden 7.8
bijzonder mooi exemplaar met scherpe details
pr

325,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - PROVINCIE ZEELAND - STAD MIDDELBURG - Raadspenning of Schepenloodje van 6 stuiver z.j. (ca.1650-1725)

gewicht 2,73gr. ; lood Ø 18mm.

vz. Provinciewapen
kz. Gotische VI

Pelsdonk dateert deze loden penningen, die dienden als presentiepenningen voor de schepenen van Middelburg, voor 1600. Inmiddels schat men de daterting wat jonger, waarschijnlijk 2e helft van de 17e eeuw of wellicht het begin van de 18e eeuw.

Pelsdonk 02.118 (pag.139) ; De Man p.54-7
zfr

110,00 



ZUIDELIJKE NEDERLANDEN (SOUTHERN NETHERLANDS) - PRINSBISDOM LUIK - KAPITTEL VAN ST. DIONISIUS - Armenpening (méreaux) z.j. (begin 18e eeuw), Luik

gewicht 6,60gr. ; koper Ø 23mm.

vz. Het gemijterde portret van Sint Dionysius (Saint-Denis) frontaal
binnen een parelcirkel, daaronder twee palmtakken/martelaarstakken,
aan de onderzijde met elkaar verbonden, erboven de tekst; S • DIONISY
kz. waardeaanduiding I I binnen een bladertakken, aan de onderzijde met
elkaar verbonden.

De Sint-Denijskerk of Sint-Dionysiuskerk (Frans: Collégiale Saint-Denis de Liège) is een kerkgebouw te Luik. Het was een van de zeven kapittelkerken van Luik. Ze is toegewijd aan Dionysius van Parijs. De kerk werd gesticht in 987, door toedoen van prins-bisschop Notger. Het kapittel bevatte oorspronkelijk twintig kanunniken, later dertig. De kerk maakte onderdeel uit van de eerste stadsmuur en de zware toren, uitgevoerd in kolenzandsteen, maakte deel uit van de stadsverdediging. Studies van de jaarringen in het hout van de dakbalken van het schip hebben aangetoond dat dit van de periode 1012-1015 dateert. Het romaanse koor werd begin 15e eeuw door het huidige gotisch koor vervangen. Eind 17e eeuw werd het kerkinterieur omgevormd in de trant van de toen heersende barokstijl.

M.J. Petit de Rosen, RBN 1850, pag.129, nr.40 ; Neumann 13932 ;
Jean Justice pag.67 nr.1061 ; De Renesse pl.74.5

uitzonderlijk mooi exemplaar met veel stempelglans
pr

150,00 



NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - PROVINCIE HOLLAND - STAD AMSTERDAM - Lakenlood 1705

gewicht 15,95gr. ; lood Ø 32mm.

vz. Rijksappel, daarboven 17 - 05, omringd door de tekst;
HENDRIK • PETERSEN
kz. Ontbreekt vrijwel volledig maar toont normaal de tekst;
AMSTER / DAMSE / VERWE
(te Amsterdam geverwette stof, d.w.v. gekleurde stof)

Amsterdam bezat een niet zo grote, maar wel in aanzien staande lakenindustrie. De activiteiten  geconcertreerde zich rond de huidige staalstraat, alwaar het pand “de Saaihal” op nummer 7, met een schitterende tuitgevel uit 1641 in Amsterdamse Renaissancestijl, ontworpen door Pieter de Keyser (zoon van Hendrick) nog herinnerd aan de Amsterdamse lakenindustrie van weleer. Behalve Staalstraat 7 besloeg de Staalhof eertijds ook de panden op Groenburgwal 40 en 42. Hier heersten de Amsterdamse staalmeesters, die door Rembrandt zijn vereeuwigd, en hier hing ook hun portret (1662). De staalmeesters keurden laken: geweven wollen stoffen. Daar waar nu de Engelse Kerk staat werd het laken gekeurd, in de Saaihal het saai en in de panden daartussen de kwaliteit van het verven. Om de stoffen te beoordelen gebruikten de staalmeesters een ′staal′, een voorbeeld, waaraan ze de stoffen toetsten op de kwaliteit van de wol, de dichtheid van het weefsel en de kwaliteit van de kleur, die exact dezelfde tint moest hebben als het voorbeeldstaal. Dit toetsen noemde men het ′stalen′ van het laken. De stad had strikte regels opgesteld waaraan het laken moest voldoen. Zij was immers verantwoordelijk voor de kwaliteit en onder haar naam (en dus niet die van de fabrikant) werd het laken verkocht.

De Amsterdamse haven was een stapelplaats waar ook wol uit Engeland en Spanje werd aangevoerd. Het verfproces was moeilijk, maar de wevers leverden een hoge kwaliteit. Hiervoor gebruikte men aanvankelijk wede en later indigo. Pas in 1578 wordt indigo voor het eerst in Europa vermeld. Zeker is dat het al vóór 1597 in Amsterdam werd gebruikt. Ter vergelijking: in Leiden was het toen nog verboden. De Amsterdamse blauwververs waren goed in hun vak en in 1670 onderscheidden de staalmeesters al acht officiële tinten blauw. Aanvankelijk waren de wevers ook met het verven van de stoffen belast, later werd dit een aparte specialisatie. De lakenindustrie was belangrijk voor de stad, zij bracht veel accijns op en de stad stelde dus hoge eisen.

Een lakenlood had een functie als zegellood. Het meest voorkomende type lakenlood bestaat uit twee ronde loden schijven die met elkaar verbonden zijn door een lip. Het is een kwaliteitswaarborg voor een rol stof en geeft tevens aan waar de rol stof gemaakt is. Ook geeft het soms de soort stof aan.

Een lakenlood bestaat uit 2 losse delen die door middel van een zegeltang of pers op elkaar geperst worden. In de zegeltang of pers zat een matrijs met hierin de nodige informatie, die door het persen op het lood werd overgebracht. Na keuring werden deze schijven om de rand van de stof geslagen.

Het betreft hier slechts slechts de helft van een lakenlood
(alleen de voorzijde). Zeldzaam.
licht geoxideerd vondstexemplaar
fr+

125,00 



OOSTENRIJKSE NEDERLANDEN - PERIODE MARIA THERESIA, 1740-1780 - STAD BRUGGE - O.L.V. KERK - Brood- of dispenning 1758

gewicht 19,08gr. ; lood/tin legering Ø 31mm.
Dispenning voor brood O.L.Vrouwekerk.

vz. Gekroonde heilige maagd Maria staande frontaal op halve maan,
in haar rechterhand houdt ze een scepter, in haar linkararm houdt ze
het kind Jezus, dat een stralenboog heeft rond zijn hoofd, het geheel
binnen een gladde cirkel, binnen een opstaande rand.
kz. Tekst in 4 regels; DIES / V•O•L• / •V• / 1758 binnen een gladde cirkel,
binnen een opstaande rand.

De keerzijdetekst is de afkorting van ′distafel van Onze Lieve Vrouwe 1758′.

Zowel op de voor- als keerzijde is een 7 ingeslagen, hetgeen aangeeft dat
deze broodpenning dienst heeft gedaan voor de arme bewoners van wijk 7
binnen de stad Brugge. Zeldzaam.

De Onze-Lieve-Vrouwekerk is een van de oudste bidplaatsen in Brugge, en gaat in haar oorsprong terug tot de 9e eeuw. De oorspronkelijke kapel maakte in de loop van de 13e, 14e en 15e eeuw plaats voor een grote Gotische kerk met een enorme toren van 115,6 meter hoog. Het is van heinde en verre nog altijd een gezichtsbepalend kenmerk van de oude stad Brugge.

De Schodt, pag. 79-80, nr. 81 ; Minard-Van Hoorebeke pag.136 nr.171.
een uitzonderlijk mooi, nauwelijks gecirculeerd, prachtexemplaar
pr

195,00 



NEDERLAND - AMSTERDAM – Broodpenning 1861

gewicht 5,59gr. ; zink Ø 27,5mm.
medailleur D. van der Kellen

vz. Twee gekruiste broden op tafel met lang tafelkleed,
daaronder in een afsnede 1861, omringd door de tekst;
BROODPENNING DER HERV. DIAKONIE TE AMSTERDAM
kz. Godin van de armoede (Penia ?) zitten naar link, met vogel
op haar hoord en lam aan haar zijde, omringd door de tekst;
VERGENOEGD EN DANKBAAR

Broodpenning van de Amsterdamse Hervormde Diaconie, als voedselhulp verstrekt aan armen. Met centrale doorboring, waarmee de penning ongeldig is gemaakt.

Dirks 1860 ; Kooij BR003.1
zfr

6,00 





< Terug


© Copyright 2012  |  Munthandel G. Henzen  |  Tel. +31(0)343-430564  |  Fax +31(0)343-430542  |  info@henzen.org | Privacybeleid